Letra da Música Auto de Dorus

In m'n hoestbui op vier wielen
En de politie op m'n hielen
Rijd ik daag'lijks kiele kiele door 't verkeer
Niet bepaald als een heer
Maar meer als een wilde beer
Rij ik onvervaard de straten op en neer
En de verkeersagent bij ons op de hoek
Rij ik elke keer de vouwen uit z'n broek

Nou jongens het gaat nergens om, maar hoe vinden jullie m'n wagen? Nou 't
is wel
een ding, he? En alles d'r op en d'r an hoor. Maar ik moet je wel eerlijk
vertellen; dat autorijden dat valt niet mee hoor. Ik ben tenminste zeven
keer
voor m'n examen gezakt. Maar die examinatorus die zee dat het goed ging.
Hij
zei: "Nog drie keer zakken en dan krijg je een medaille."
Nou lag het bezwaar mijnerzijds meer op het theoretische vlak, he. Want
die
vrijer die vroeg aan me: "Wat is een wit bord met een rooie rand?" Ik
zeg: "Dat
is verboden in te rijden van twee zije." "Prima", zei die, "Prima" Hij
zegt
"Maar wat is nou een rood bord met een witte rand?" Ik zeg: "Da's een
bord
tomatensoep."
Wat het praktische gedeelte betreft, datte..., dat ging effe beter hoor.
Jaja
alleen bij een kruising, daar komt er ineens een dame van rechts af,
enne, nou
ja, hoe het nou allemaal precies ging heb ik ook niet kenne begrijpen
want ik
hoorde alleen een grote klap, enne, toen ik bij kwam toen hoorde ik een
gooser
zeggen: "Zeg jongens, de Russen hebben een kunstmaan!" Ik denk: Zou ik
nou
zolang bewusteloos geweest zijn? Nou, toen keek ik 'ns naar m'n wagen en
toen
naar die dame, maarre... de schade viel nogal mee hoor. Van alletwee
alleen de
verf een beetje beschadigd
Wat ik wel opgemerkt heb, jongens, dat de mensen je eigenlijk je auto niet
gunnen, he. Nee. Dat zeggen ze dan niet zo lineaal rekta in je gezicht,
weet
je, maar meer langs een vicieuse cirkel he. Ja. Net als een relatie van
mij
Die zei tegen me: "Zo, da's een aardige wagen. Enne, is dat nou je enige
wagen?" Waarop ik me eige natuurlijk groot wilde houden. En ik zei: "Nee,
dit
is zo te zeggen wat ik zou noemen m'n stadswagen, he". "O," zie 'ie,
"Zeker van
de stad Pompei"
Alleen Dollefie Zallevie, die is erg blij dat ik een wagen gekocht heb.
Ja. Toen
ik 'm de eerste dag had ging ik natuurlijk eerst naar hem toe. En ik kom
zo z'n
pensionkamer binnenstappen en ik zie Dolf hoog in de overgordijnen
hangen. Ik
zeg: "Dolf, wat heb jij nou?" Toen zegt 'ie: "Ik heb de a-apengriep." Ik
zeg
"Dolf kom naar beneden, kijk uit het raam en zeg hoe je m'n wagen vindt."
Afijn, hij doet het. Hij zegt: "Mooie wagen Dorus, een hele mooie wagen.
Enne
hoe loopt 'ie nou?" Ik zeg: "Nou gewoon, over de bank"
"Zeg Dorus", riep Dolf ineens, "Je mot niet schrikken maar ze hebbe zoeve
je
auto gejat." Hij zegt: "Maar je hoef je eige niet ongerust te maken, want
ik
heb je nummer opgescheven."
Maar gelukkig liep het allemaal goed af want ik ren d'r achter an en om de
hoek
zie ik me auto tegen een lantaarnpaal aan hangen. Hij had alleen maar een
paar
deuken. Maarre..., die auto die was er minder goed afgekomen, hoor. Die
was een
en al deuk, zeg, en ze gezicht..., ze gezicht: een blauw oog, en over ze
gezicht een rooie schram en ze hele gezicht geel, ja. As je nou niet
beter
wist, he, en je zag al die kleuren, dan zou je zegge: "He, kijk, daar
legt de
nieuwe VARA-gids."
Tussen twee haakjes, jongens, hebben jullie deze week dat portret van mij
nog op
de voorpagina zien staan? Ja? O. Ja. Ja, ik ken 't ook niet helpen hoor.
We
zijn het er wel allemaal over eens dat als de verkoop zo door blijft
lopen als
dat de kleuren het doen, dan magge we niet mopperen hoor
Maar om effe op me auto terug te komme. D'r zit wel een tragische kant aan
autorijden hoor. Wantte..., ik heb ergens gelezen dat er over het
algemeen meer
auto-ongelukken gebeuren als trein-ongelukken. Ja. Maar dat is eigenlijk
zeer
logisch want je zal nou nooit 'es hore dat er een stoker een machinist
probeerde te zoenen. Nee, dat hoor je nooit. Wat wel een voordeel is. Je
ziet
meer van de wereld in een auto,he. Ja. Ik ben van de week nog effe naar
de
bollen geweest. Ja, 'k heb geen bollen gezien maar daar kon die auto niks
aan
doen hoor
Nou nog even om op m'n gabber Dollefie Zallevie terug te komme. De mensen
hebben
me wel eens gevraagd: Waar komt die Dollefie Zallevie van jou nou
eigenlijk
vandaan, he? En dat zit zo. Kijk, Dolfie is eigenlijk van huis uit in
Volendam
geboren, maarre..., ze doen d'r thuis niks meer an. Nou is Dolf een zeer
aantrekkelijk persoon. Niet dat 'ie zo mooi is, maar hij trekt zich de
dingen
zo aan, he. Ja, hij is wat wij noemen, een brandbare induvidu. Nee,
induvudu
Individi he? Individu? Is het nou di of du? Ja, weet je wat het is, hij
is op
zes meissies tegelijk verliefd, he. Maar Dolf zegt, omdat dat komt datte
omdat Cupido tegenwoordig met een stengun schiet. Maar goed. Om op Dolf
effe
terug te kome, ik kan het allemaal van hem hebben, hoor
Maar d'r is een eigenschap, enne..., die kan ik niet pruimen van hem, hoor
Nee. Dat is z'n ingeboren ijdelheid. En als je nou dat gezicht kent van
hem
he, dan vraag je je af: Waar haalt die vrijer die kapsones vandaan, he.
Want, hoe zal ik jullie dat nou uitleggen? Hij..., hij lijkt een beetje
op
Adamson. Kenne jullie die nog herinneren? Weet je wel? Helemaal..., ja
net als
bij jou daar zeg. Ja. Alleen, Dolf die heb dan nog die drie haren d'r
bovenop
En van die drie haren, daar maakt 'ie toch wel zo'n kouwe drukte, he. Hij
stapte er van de week mee naar de kapper, en toen zee die... kapper, die
kapper
zee tegen 'm: "Meneer wat mag het wezen?" Toen zegt Dolf: "Nou gooi d'r
maar
een kluit briljantine in en kam het maar achterover." Goed, die kapper
die doet
dat en die staat zo te kammen zeg, en toen blijft er per ongeluk een haar
in
die kam hangen. Zegt 'ie: "Meneer, wat verschrikkelijk, wat doenne me
nou?"
"Nou, zegt Dolf, maak nou maar een scheiding in het midden en gooi d'r
maar een
naar links en gooi d'r maar een naar rechts." "Goed", zegt die kwaffeur.
Die
doet dat en die staat weer zo de tuin aan te harken. En toen bleef er
weer een
haar aan de strijkstok hangen. Zegt 'ie: "Meneer, ik durf het je niet
meer te
vertellen, hoor" Hij zegt: "Maar nou heb je er nog maar een over.
Watte..., wat
doene me nou?" "Nou", zegt Dolf, "Woel het nou maar door mekaar."
Zo, dat was dat weer, jongens. Nou mot ik maken dat ik weg kom, want ik
moet
voor tiene binne wezen met m'n auto, hoor. Wantte..., anders val ik onder
het
veroorzaken van burengerucht
Zeg, meneer Cor Steyn, zou jij dat apperaat effe willen aanslingeren
Daar gaat 'ie hoor

In m'n hoestbui op vier wielen
En de politie op m'n hielen
Rijd ik daag'lijks kiele kiele door 't verkeer
Niet bepaald als een heer
Maar meer als een wilde beer
Rij ik onvervaard de straten op en neer
En de verkeersagent bij ons op de hoek
Rij ik elke keer de vouwen uit z'n broek